C’est la première fois de ma vie que je vis quelque chose d’aussi intense qui nous concerne tous. Lentement mais sûrement, le monde se referme et nos petits mondes deviennent de plus en plus petits.

Le discours de M. Rutte restera gravé dans ma mémoire pour le reste de ma vie. Quelle que soit votre affiliation politique, il a montré hier qu’il était un véritable homme d’État. J’ai écouté avec impatience les scénarios présentés, les options 1, 2 et 3. Je comprends son choix, mais peu de temps après, le déclic se produit. Cela signifie-t-il que plus de 60 % des Néerlandais doivent être infectés pour se constituer un bouclier immunitaire ? Bon sang de bonsoir !

Je peux aussi voir la panique dans les yeux de mon plus jeune enfant. Maman, est-ce qu’on va tous tomber malades maintenant ?
Comment expliquer à des enfants de 8 ans qu’ils ne vont plus à l’école, qu’ils ne peuvent plus jouer avec leurs amis, que ce n’est pas un jour férié et que tout ce qui est “amusant” à leurs yeux est bloqué.

En échange de cette incertitude, j’ai à la maison un enfant confus et irrité, dont le comportement se manifeste par ce que ses mots ne disent pas. Tout est stupide, l’école est stupide, je suis stupide. Et le fait que nos vacances aux sports d’hiver n’aient pas eu lieu est le pire. Ce matin, au réveil, ma fille de 11 ans s’est soudain retrouvée allongée à côté de moi. Je me suis réveillée tôt, maman, et je n’ai pas réussi à me rendormir. Je comprends, chéri, maman n’a pas bien dormi non plus.

Outre les préoccupations que nous avons tous au sujet de notre santé, je suis également responsable de 8 membres du personnel, de 7 élèves et de 3 participants à notre garderie. Depuis l’apparition du virus, nous avons vu nos commandes chuter rapidement, ce qui dure depuis un certain temps, mais nous avons toujours réussi à faire face. Maintenant que tout est fermé, c’est calme.

Silence au bureau, silence à la garderie et silence à l’atelier. La crèche est fermée, les élèves sont à la maison et le personnel essaie de continuer à travailler du mieux qu’il peut. Depuis leur domicile et, pour certains, depuis le bureau. Nous essayons, avec une dose d’humour et des mots d’encouragement, de ne pas nous enfoncer les uns les autres dans le gouffre. Les filles de la crèche me manquent et je m’inquiète pour elles aussi. Elles s’épanouissent mieux avec un rythme et une structure. Et maintenant que leur lieu familier a disparu à FBRK. Travaux…..

A l’intérieur, je pouvais pleurer. Comment allons-nous gérer cela ? Que pouvons-nous faire d’autre pour continuer à générer des revenus ? Les coûts fixes continuent, comment vais-je payer tout le monde à la fin du mois ? Le dimanche, j’ai couru dans la maison comme un cerf paralysé. Rester assis n’a pas fonctionné, mais flâner avec une bouteille de Detol à la main a fonctionné. J’essaie de penser aux personnes qui reçoivent des soins, qui luttent pour leur vie en ce moment même. J’ai un profond respect pour tous ceux qui font partie de ces groupes cibles, mais égoïstement, cela ne m’aide pas. J’ai mes propres préoccupations concernant nos entreprises. Les enfants jouent dehors sur le trampoline, passent un moment d’insouciance et de rire. Comme il se doit, un enfant ne devrait pas avoir à s’inquiéter d’un virus portant le nom d’une bière d’été.

Le cerf boiteux du dimanche cède la place à un lion le lundi. Nous devons faire preuve de lucidité et de bon sens. Que pouvons-nous encore faire ? Nous avons un certain nombre de projets en attente qui n’ont pas encore abouti. Il est temps d’aborder enfin cette question. Nous concevons des promotions intéressantes et rédigeons des courriels pour nos clients. Les détaillants qui risquent de devoir fermer leurs magasins sont encore plus préoccupés, et là aussi nous essayons de faire notre part. Nous pouvons continuer en ligne pour l’instant. Même si nous ne nous voyons pas physiquement, nous ressentons la solidarité. Tout le monde est dans le même bateau et a ses propres préoccupations concernant les membres de la famille, les emplois et les enfants.

Les applications de notre équipe font des heures supplémentaires, une idée après l’autre est lancée dans le monde, et avec les étudiants, j’organise un appel vidéo. Eux aussi préféreraient continuer à travailler et ne pas retarder leurs études. Avec Suzan, j’élabore des plans pour dynamiser le magasin. Lentement mais sûrement, la confiance en soi revient et je suis persuadée qu’ensemble, nous y arriverons. Ce ne sera pas facile, mais c’est tout ce que nous pouvons faire.

Je vois surgir les idées les plus créatives, des restaurants qui livrent aux services de baby-sitting et aux aides à l’épicerie. Fantastique ! Ensemble, nous sommes à la merci des caprices du virus, mais veillons les uns sur les autres ! Suivez les lignes directrices du RIVM et aidez-vous les uns les autres, si ce n’est physiquement, du moins à distance !

 

Dit is voor het eerst in mijn leven dat ik zoiets heftigs mee maak wat ons allemaal treft. Langzaam maar zeker schiet de wereld op slot en onze eigen wereldjes worden kleiner en kleiner.

De toespraak van Rutte staat voor de rest van mijn leven in mijn geheugen gegrift, ongeacht je politieke voorkeur heeft hij gisteren laten zien een echte staatsman te zijn. Met ingehouden adem luisterde ik naar de scenario’s die geschetst werden, optie 1,2 en 3. Ik snap zijn keuze maar niet veel later valt het kwartje… betekend dit dan dat ruim 60% van alle Nederlanders besmet moeten raken om een immuniteitschild op te bouwen? Holy shit!

Ik zie ook de paniek in de ogen van mijn jongste kind. Mama, worden we nu allemaal ziek?
Hoe leg je aan 8 jarige uit dat je niet meer naar school mag, niet meer teveel met vriendjes mag spelen, dat het geen vakantie is en dat alles wat in hun ogen “leuk” is op slot gaat.

In ruil voor deze onzekerheid heb ik een verward en geïrriteerd kind thuis, wat zijn woorden niet zeggen laat zijn gedrag zien. Alles is stom, school is stom, ik ben stom. En dat onze wintersport vakantie niet doorging is nog wel het allerstomst. Vanmorgen bij het wakker worden lag ineens mijn 11 jarige dochter naast me. Ik was vroeg wakker mam en kon niet meer slapen. Ik snap het schat, mama heeft ook niet goed geslapen.

Naast de zorgen die we allemaal hebben over onze gezondheid heb ik ook de verantwoordelijkheid over 8 man personeel, 7 studenten en 3 deelnemers in onze dagbesteding. Sinds de uitbraak van het virus zien wij onze orders in rap tempo kelderen, dit speelt al een tijdje maar wisten we steeds nog goed op te vangen. Nu echt alles gesloten is, is het stil.

Stil op kantoor, stil op de dagbesteding en stil in de werkplaats. De dagbesteding is gesloten, de studenten zijn thuis en personeel probeert zo goed en zo kwaad als dat kan door te werken. Vanuit huis en met een aantal vanaf kantoor. We proberen met een portie humor en bemoedigende woorden elkaar niet verder de put in te praten. Ik mis de meiden in de dagbesteding en maak me ook zorgen om hun. Ze gedijen het beste bij ritme en structuur. En nu hun vertrouwde plekje wegvalt bij FBRK. Werkt….. 

Vanbinnen kan ik wel janken. Hoe gaan we dit redden? Wat kunnen we nog doen om toch inkomsten binnen te halen. De vaste kosten lopen door, hoe ga ik aan het eind van de maand iedereen betalen? Zondag liep ik als een lamgeslagen hert door het huis. Stil zitten lukte niet, drentelen met een fles detol in de hand wel. Ik probeer te denken aan de mensen in de zorg, die nu vechten voor levens. Diep respect voor iedereen in deze doelgroepen, maar egoïstisch gezegd, het helpt mij niet. Ik heb mijn eigen zorgen omtrent onze bedrijven. De kinderen spelen buiten op de trampoline, even onbezorgd de zinnen verzetten, plezier maken en schateren. Zoals dat hoort, een kind zou zich niet druk moeten maken om een virus met de naam van een zomers biertje.

Het lamgeslagen hert van zondag maakt plaats voor een leeuw op maandag. Met elkaar de kop ervoor en gezond verstand gebruiken. Wat kunnen we nog wel? We hebben een aantal projecten op de plank liggen die nog steeds niet uit de verf zijn gekomen. Tijd om dit nu eindelijk eens aan te pakken. We bedenken een paar toffe acties en stellen mails op voor onze klanten. De winkeliers die misschien hun winkels moeten sluiten hebben nog meer zorgen, ook hier proberen we ons steentje aan bij te dragen. Wij kunnen online voorlopig nog door. Ook al zien we elkaar niet fysiek, je voelt de saamhorigheid. Iedereen zit in het zelfde schuitje en heeft zo zijn eigen zorgen om familieleden, banen en kinderen.

Onze teamapps maken overuren, het ene idee na het andere wordt de wereld in geslingerd en met de studenten beleg ik een videocall. Ook zij willen liever doorwerken en geen studievertraging oplopen. Met Suzan maak ik plannen om de shop een boost te geven. Langzaam maar zeker komt het zelfvertrouwen weer terug en ben ik ervan overtuigd dat we dit met elkaar gaan redden. Het zal niet makkelijk worden, maar het is alles wat we kunnen doen.

Ik zie de meest creatieve ideeën ontpoppen, restaurants die gaan bezorgen tot oppasdiensten en boodschappenhulpen. Fantastisch! We zijn met elkaar overgeleverd aan de grillen van het virus maar laten we alsjeblieft goed op elkaar passen! Volg de richtlijnen van het RIVM op, en help elkaar, is het niet fysiek dan op afstand!